Gasnarcose

‘Werken jullie met gasnarcose?’ Een vraag, die veel dierenartsen en assistenten volmondig met ‘ja’ zullen beantwoorden. Maar wees alert, want ‘werken met gasnarcose’ betekent lang niet altijd ‘VOLLEDIG werken met gasnarcose’. Meestal niet zelfs. Vaak worden dieren eerst in slaap gebracht door middel van een injectie en worden ze daarná pas aan het gas gelegd. Maar dat is niet wat in de rattenwereld onder een gasnarcose wordt verstaan.


Isofluraan

Algehele anesthesie kan verkregen worden door middel van inhalatiedampen. De rat dient deze stof continu in te ademen om voldoende diep onder narcose te blijven. Tegelijkertijd is er een voortdurende toevoer van zuurstof tijdens de operatie. Op dit moment is isofluraan het meest gebruikte narcosegas. De hoeveelheid isofluraan, die het rattenlijfje in gaat, kan zeer nauwkeurig worden afgesteld. Bovendien kan tijdens de behandeling ‘gespeeld’ worden met de diepte van de narcose. De rat reageert snel op een verandering in de toevoer. Dit heeft als groot voordeel dat de rat in geval van nood ook vlot wakker gemaakt kan worden.


Waarom opereert niet elke dierenarts met uitsluitend gasnarcose?

Simpel, ze hebben het niet geleerd tijdens hun opleiding. Het is nog steeds de norm om een vorm van injectieanesthesie toe te passen; onderhuids, in een spier of in een bloedvat. Voor een hond of kat levert dit ook vrijwel nooit problemen op; zij reageren anders op een narcose en kunnen meer hebben. Maar voor kleine dieren als konijnen, knaagdieren, vogels en reptielen is een gasnarcose vele malen veiliger en echt te verkiezen boven injectiemiddelen. Helaas zijn deze diergroepen sowieso een ondergeschoven kindje tijdens de opleiding diergeneeskunde. Dierenartsen moeten zich deze techniek dus zelf eigen gaan maken. Als ze het nut ervan onderkennen. Hierbij stuit men nog op een aantal ‘bezwaren’.

Ten eerste de pijnstilling. Isofluraan is onvoldoende pijnstillend om een rat te opereren. Het is dus heel belangrijk om ruim vóór aanvang van de operatie een pijnstiller toe te dienen, die adequaat is voor de aard van die operatie. Deze wordt wél gegeven middels een injectie. Vraag aan je dierenarts welke pijnmedicatie gebruikt wordt en waarom. Weet dat ratten ook pijnstillers uit de opiatengroep mogen. Deze zijn veel sterker dan NSAID’s.

Een tweede probleem is van praktische aard. Want hoe krijg je zo’n klein, beweeglijk dier in slaap? De rat gaat niet vrijwillig met zijn neusje aan het gasslangetje liggen. Nee, met een klein kapje op de neus gaat het inderdaad niet lukken. Isofluraan stinkt en de rat zal zich instinctief verzetten. Als dit proces te lang duurt, is dat niet gunstig voor het stressniveau. Om de rat snel onder narcose te brengen, is een klein transparant bakje of een grote maat narcosemasker wel heel geschikt. De gastoevoer is tijdens deze inductie ook wat hoger om de weerstand bij de rat zo laag mogelijk te houden.

Sommige dierenartsen willen niet blootgesteld worden aan de isofluraandampen. Door het open anesthesiesysteem (je kunt een rat niet intuberen) ontsnapt er tijdens de behandeling een heel klein beetje gas, dat door het personeel ingeademd wordt. Een goed afzuigsysteem en het dragen van een mondkapje kan dit deels ondervangen. Ook dient erop gelet te worden dat de toevoer zo goed mogelijk wordt afgedicht. Het is niet aangetoond, dat het gas schadelijke effecten zou hebben op de gezondheid. Echter, zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven, kunnen het werken met isofluraan beter vermijden.


Gasnarcose: de veiligste methode

Allereerst, een gasnarcose is makkelijker en sneller omkeerbaar dan een injectieanesthesie. Dit draagt bij aan de veiligheid. Bij een te diepe of juist een te oppervlakkige narcose kan direct ingegrepen worden en de rat kan zelfs helemaal uit zijn narcose gehaald worden als er acuut levensgevaar dreigt.

Voor ratten is het ook van belang zo kort mogelijk onder narcose te zijn. Een korte narcose betekent weinig verlies van lichaamswarmte. Kleine dieren koelen snel af als ze hun eigen lichaamstemperatuur niet kunnen reguleren en ernstige onderkoeling ligt zelfs op de loer. Gasnarcose biedt een zeer snelle inductie, waardoor de dierenarts direct aan de slag kan. Zodra de laatste hechting gezet is, wordt het gas afgesloten en komt de rat weer bij. De meeste ratten zitten binnen enkele minuten weer rechtop. Het kan voorkomen, dat een oud of verzwakt dier toch moeizaam ontwaakt. Dit is dan niet te wijten aan de gasnarcose, maar juist een extra bevestiging dat dit de juiste methode van anesthesie is; dit dier had een injectienarcose wellicht niet overleefd.

Doordat de rat snel wakker is, kan hij zijn eigen lichaamstemperatuur weer gaan regelen (je kunt hierbij wel helpen door een kruik of Snuggle Safe te geven) en kan hij tevens direct weer gaan eten. Dat laatste is bij konijnen en cavia’s nog belangrijker dan bij ratten. Hoe eerder het dier zijn normale bezigheden weer oppakt, hoe beter.

Een ander groot voordeel is, dat de rat niet langdurig psychisch en lichamelijk van het padje raakt van isofluraan. De anesthesiedamp wordt grotendeels weer uitgeademd, zodat de effecten ervan op het lichaam direct verdwijnen. Geïnjecteerde middelen werken nog vele uren door in het rattenlijfje en de rat kan daar dus ook nog uren suf, gedesoriënteerd en verward door zijn. Met name ketamine staat bekend om zijn psychedelische werking. Soms treden (angstwekkende) hallucinaties op. Niet bevorderlijk voor een spoedig herstel.

Tenslotte kan gasanesthesie een hulpmiddel zijn bij het rustig laten inslapen van een rat.

NB  Dit artikel is informatief. Overleg altijd met de dierenarts die jouw rat behandelt.